Nieuws

De Holen als cultuurhistorisch landschap

Terug naar het nieuwsoverzicht

15.03.2023

De Holen (opnieuw) erkend als cultuurhistorisch landschap!

Op 12 januari 2017 besloot de Vlaamse regering voor een eerste keer om de Holen te beschermen als “cultuurhistorisch landschap”. Het schepencollege van Pelt was het daar niet mee eens en startte een juridische procedure. Het beschermingsbesluit werd vernietigd door de Raad van State op 20 mei 2020 (arrest 247608). De Raad van State vernietigde wegens vormfouten omdat het openbaar onderzoek niet correct was verlopen. Gelukkig aanvaardde de administratie dit niet en begon de procedure voor een tweede maal. En met succes: De Holen is opnieuw erkend als cultuurhistorisch erfgoed. Dat maakt de realisatie van een omleidingsweg, zoals gepland op het gewestplan, iets moeilijker.

Uniek gebied

Het beschermen als “cultuurhistorisch landschap” heeft als doel het typische cultureel aspect van het gebied te beschermen en te behouden voor de toekomst.
Want het gebied, zo’n 70 ha groot, is een oude watering waar in de 19de eeuw de arme heidegrond werd “verrijkt” door het bevloeien met kalkrijk Maaswater. Dit water werd aangevoerd door het gegraven kanaal, de Zuid-Willemsvaart, en via kleine geulen tot in de percelen gebracht. De afwatering gebeurt naar een naastliggende beek.
Door de wisselwerking tussen de oorspronkelijk zure bodem en het kalkrijk Maaswater ontstond een grote plantendiversiteit. Ook de aanwezigheid van kwel in het gebied bevordert deze diversiteit.
Op vlak van vogels scoort het gebied zeer goed: door het extensief beheer (voornamelijk hooiland) en de quasi ontoegankelijkheid is het een belangrijk vogelgebied in de omgeving.
Uit recent uitgevoerde inventarisaties blijkt dat het gebied bevolkt wordt door grote dichtheden aan zangvogels zoals grasmus, tuinfluiter en 4 soorten spechten. Daarnaast zijn er ook territoria van wielewaal, koekoek, waterhoen, appelvink, houtsnip, spotvogel en bosrietzanger en mogelijke territoria van buizerd, grondvink en bosuil.
De inventarisaties (uitgevoerd door Wouter Beyen) zijn nog niet afgerond, maar geven nu reeds aan dat het gebied een grote dichtheid van zowel soorten als aantallen herbergt. Voor een deel heeft dit te maken met de ongestoordheid (ontoegankelijkheid) en met de relatieve grootte van het gebied waar dus geen verstoring optreedt. Voor een deel heeft dit ook te maken met het voedselaanbod en met de kwaliteit van de omgeving (weinig verstoring door licht, lawaai, activiteiten …).

Een verbindingsweg door natuurgebied?!

Op het vigerende gewestplan Neerpelt-Bree werd het betrokken gebied grotendeels bestemd als natuurgebied. Een klein deel is ingekleurd als landschappelijk waardevol landbouwgebied. Bovendien werd het gebied in 2004 afgebakend in het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) als GEN 405 “de Prinsenloop- De Holen”.

Ook werd het gebied opgenomen in het SBZ Vogelrichtlijngebied BE222 1314. Het voornaamste belang van dit SBZ-gebied op nationaal niveau is de bescherming van de samenhang tussen de verschillende kerngebieden.
Alhoewel het gebied op het gewestplan werd aangeduid als natuurgebied werd er eveneens een reservezone voorzien voor een nieuwe weg tussen de A24 (momenteel de N74 Lommel-Hechtel) en het woongebied van Hamont. Hierdoor stelden een aantal politici alles in het werk om dit wegtraject ook effectief te realiseren. Een directe verbinding tussen Hamont en de Noord-Zuidverbinding ten noorden van Neerpelt heeft als voordeel dat er (aanzienlijk) minder oost-west verkeer doorheen Neerpelt moet bewegen. Maar in plaats van een traject doorheen de Holen, waardoor dit waardevol gebied op een onverantwoorde wijze zou worden aangetast, blijkt dat er toch wel zinvolle trajectalternatieven bestaan. De voorgestelde bescherming heeft niet rechtstreeks de bedoeling om de realisatie van de verbindingsweg tegen te houden, maar het zal de eventuele komst van een verbindingsweg toch bemoeilijken. In feite zijn er voldoende andere elementen om de weg niet door dit gebied aan te leggen:

  • Het natuurgebied heeft voldoende biologische kwaliteit en landschappelijke kwaliteit om onaangetast te behouden;
  • Er mag geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in het gebied worden aangericht;
  • In SBZ-gebied mag het VEN niet in negatieve zin worden gewijzigd.

De bescherming

De bescherming van het gebied als “cultuurhistorisch landschap” is best zinvol en te verantwoorden.

Alhoewel het gebied als watering gevormd is door menselijke activiteiten heeft er een evolutie plaatsgevonden tot een zeer waardevol biotoop waar vooral de vogelpopulaties gebruik van maken. Over vleermuizen in het gebied zijn er niet direct gegevens beschikbaar, maar we mogen er toch van uitgaan dat er wel enkele populaties aanwezig zijn, gelet op de biologische kwaliteit van het gebied.

Alhoewel na het graven van de kanalen in Limburg op diverse plaatsen wateringen ontstonden om de arme heidebodem vruchtbaarder te maken met het kalkrijk Maaswater bleek al vlug dat de beoogde resultaten (meer hooiopbrengst) onvoldoende gehaald werden. De meeste wateringen werden daarom verwaarloosd en/of omgezet in landbouwgebied. Hierdoor zijn er nog maar zeer weinig wateringen overgebleven. De watering in Lommel is ongetwijfeld de meest bekende. Aangezien er nog maar weinig wateringen behouden zijn is het zeer belangrijk om de resterende en intacte wateringen te behouden en te beschermen.

De bescherming als “cultuurhistorisch landschap” kan bovendien perfect samenlopen met het beschermen en het optimaliseren als Vlaams Ecologisch Netwerk. Alleen moeten de respectievelijke beheerplannen op mekaar worden afgestemd.

Tekst: August Feyen, secretaris Limburgse Milieukoepel vzw